Vanochtend loop ik rond zes uur na lange tijd weer eens Meijendel in om een ochtendje te ringen met Maarten Verrips en z'n vriendin. Het is vandaag alweer de 10de CES-ronde, waarbij dus geen geluid wordt gebruikt en het broedsucces uit het gebied kan worden gemeten, maar eerder was er dit seizoen nog niet van gekomen. Helaas...
Het weer is met weinig wind goed om te ringen vanochtend en met uiteindelijk 69 gevangen vogels is het dan ook niet slecht voor een CES. We ringen uiteindelijk 13 soorten, waarbij grasmus en zwartkop de hoofdmoot zijn. Van grasmussen vangen we ook nog erg jonge beestjes. Die lijken een fantastisch seizoen achter de rug te hebben.
|
Jonge grasmus |
Verder belanden nog een jonge en oude heggenmus in het net, net als wat sprinkhaanzangers, rietzangers en een nachtegaal die zijn handpennen aan het ruien is voor de reis naar het zuiden.
|
Oude (boven) en jonge heggenmus |
Op de baan zelf is het op de rustige momenten overigens ook nog leuk met veel knopsprietjes, maar ook blauwe sprinkhanen. Dat blijven toch mooie beesten! Duinsabelsprinkhanen zingen ook volop, maar blijken dan weer lastig te vinden. Qua andere insecten is een keizersmantel op een bloeiende braam op de ringbaan ook leuk. Die zijn hard toegenomen in het duingebied.
|
Knopsprietje |
|
Parende blauwvleugelsprinkhanen (mannetje hangt eraan) |
Voor de totalen van de vangst, zie
hier.
Na het ringen rijd ik nog twee uren rond in Leidschendam, Den Haag en omstreken, waar ik op enkele plekken de meeuwen moet tellen. Hierbij draag ik nog bij aan een simultaantelling voor
Roland-Jan Buijs in de stad, om de totale hoeveelheid meeuwen te schatten. Dit omdat er veel overlast van is en om daar mee om te kunnen gaan, moeten de meeuwen uiteraard eerst begrepen worden. Tijdens de telling lees ik nog wat geringde beesten af, maar verder is het erg rustig. De meesten zitten wat op de dag voor zich uit te staren...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten