Na de eerste plekken is al snel duidelijk dat al veel kokmeeuwen de stad uit zijn getrokken. De groepen zijn overal geslonken, en daarmee ook het aantal geringde exemplaren. Ondanks dat lees ik uiteindelijk nog een kleine vijftien kokmeeuwen af, waarvan gelukkig nog wel een viertal nieuw is voor deze winter. Leuke aflezingen, zoals een Spanjaard op doortrek of iets dergelijks, zitten er helaas niet bij.
Het voordeel is echter dat als de kokmeeuwen vertrokken zijn, hun plaats gelijk wordt ingenomen door grote meeuwen. Zilver- en kleine mantelmeeuwen zijn namelijk weer volop vertegenwoordigd in de stad. De vogelgemeenschap is wat dat betreft binnen twee weken compleet omgedraaid. Tussen deze beesten zitten nog wel de nodige geringde exemplaren uit de Rotterdamse havens, maar een Deense zilvermeeuw en een Spaanse kleine mantelmeeuw zijn nog wel leuke gevallen!
Kleine mantelmeeuw R-A||J |
Een overwinterende jonge zwartkopmeeuw blijkt ook nog steeds aanwezig, maar deze is pas te grazen genomen door Frank Majoor en van een mooie kleurring voorzien. Hopelijk kunnen we dit exemplaar dus de komende tijd gaan volgen! Wellicht komt hij de volgende winter terug?
2kj zwartkopmeeuw W-3ELT |
Ten slotte is één van de laatste aflezingen de beste. Op één van de schepen op de Nieuwe-Maas rust namelijk een prachtige eerste winter pontische meeuw uit Tsjechië, met een witte kleurring 279:U. Het is pas de eerste Tsjechische pontische meeuw voor de stad. Overigens was hij voor deze aflezing nog nergens anders gezien. Een mooie afsluiter van de laatste wintermeeuwendag van de winter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten