Stadse kokmeeuwen in 'de natuur'

Het is de laatste guur herfstweer: harde wind en veel regen. Gisterenmiddag was het even droog, maar een kort rondje door Zwijndrecht leerde me dat er weinig kokjes te bekennen waren in de bebouwde kom. Met dit weer zweven ze liever heerlijk op de wind of trappelen ze de wormen uit het gras. Vanmiddag toen het eindelijk droog werd besloot ik dus maar een kijkje te nemen in Polder Sandelingen. Daar trof ik inderdaad aan wat ik verwachte: veel kokmeeuwen. Grasland is er in deze buurt niet veel, bijna alle landbouw is akkergrond, dus de wormen moeten ze dus maar hier uit het recreatiegebied trappelen, en dat leek ze aardig te lukken.

Uiteraard wil ik ook nog wat ringetjes aflezen dus er zit niks anders op om ze van het gras af te trekken met een flinke zak kruimels. Een strandje dient zich ideaal als voederplek en een gedeelte van de kokmeeuwen reageert heel behoorlijk. Na een uurtje is het me gelukt om een drietal ringen af te lezen, niet slecht! Wel is duidelijk dat het eigenlijk de hele tijd hetzelfde gedeelte van de groep is dat zich door de kruimels laat verleiden, het gros blijft helaas lekker in het gras trappelen.

De geringde kokmeeuwen vertellen gelijk wel veel. Twee van de drie afgelezen exemplaren zijn namelijk een Deense en Duitse kokmeeuw die ik afgelopen winter meerdere keren, vrij honkvast, in de bebouwde kom van Zwijndrecht heb aangetroffen. Mijn vermoeden dat de kokmeeuwen nu dus de stad uit zijn is daarmee echt 'bewezen', leuk! Het derde afgelezen exemplaar betrof een nieuwe, de Pool Y-T113, altijd leuk zo'n geel ringetje! Overigens lukt het me niet een Belgische en Litouwse kokmeeuw helemaal af te lezen, volgende week nog maar eens proberen!

Poolse kokmeeuw Y-T113