maandag 13 januari 2025

Nooit verwacht en toch gekomen: brileider!

Het leek vandaag een rustig, typische winterdag op kantoor te worden. Wat overleggen en rapportjes op het menu en geen vuiltje aan de lucht. Met Leon Boon zat ik dan ook rustig in een overleg, toen we tijdens het overleg rond de klok van half twee plotseling een melding doorkwam: brileider op Texel! Eerst wat ongeloof en halve verwarring tijdens het gesprek, maar na een minuut concluderen we dat het beter gaat zijn om het overleg even telefonisch in de auto voort te zetten. Na een korte uitleg is de laptop dicht geklapt en enkele minuten later zitten we in de auto. Dit zou namelijk wel een enorme knaller zijn, een soort op de arctische toendra broedt en op de Beringzee overwintert! 

Eenmaal in de auto duurt het niet lang voordat de vogel in beeld is, nadat in eerste instantie alleen een foto op waarneming.nl was verschenen. Iedereen was nog half in onzekerheid of het wel klopte, maar dat was dus zo! Een zoektocht naar de Europese gevallen leerde ons dat het zo ongeveer de zesde voor Europa is, na eerdere gevallen op Spitsbergen en in Noord-Noorwegen. Ongelofelijk dus! Nadat we goed op weg zijn en blijkt dat de boot van 15:30 haalbaar is, wordt het overleg weer hervat en ook weer spoedig afgerond. Zelf heb ik om 14:30 nóg een overleg, zodat ik ook tot op het eiland achter een Teams-vergadering zit... Dat zijn wel weer de voordelen van deze tijd... 

De boot van 15:30 halen we keurig op een paar minuten, de vogel is nog steeds op beeld dus vol vertrouwen rollen we iets voor vieren het eiland op. In kolonne gaat het richting het Wagejot, waar de vogel aan de buitenkant op de Waddenzee dobbert met normale eidereenden. Eenmaal de dijk over gerend is de vogel gelijk in beeld en laat zich op afstand goed bekijken. Schitterend! De opvallende tekening op de kop maakt het tot een maffe vertoning, maar wel uitzonderlijk om te zien! Heel veel 'gevoel' heb ik ook weer niet bij deze vogel, maar dan komt wellicht doordat hij zo onverwachts uit de lucht komt vallen. Maar wat een  beest! 

Slechtste foto die gemaakt is denk ik... Was net aan het poetsen

We besluiten uiteindelijk met de boot van 18:00 terug te gaan, dus ook nog even te wachten op de twitchers die met de boot van 16:30 op het eiland komen. Het licht wordt wel steeds minder, dus toch wel heel prettig dat het lukte om de boot van 15:30 te halen. Desalniettemin komt het voor de tientallen aanstormende vogelaars goed en hebben ze de telescopen voor het uitzoeken om deze mega te zien. Wat een ongelofelijk begin van het jaar! 


Vogelaars

vrijdag 3 januari 2025

Pacifische parelduiker: precies op tijd!

Vanochtend vroeg was ik gestart bij de Rietputten, in Vlaardingen. Nadat het vrij soepel was gelopen om een groot deel van de regio te onderzoeken op slaapplaatsen, heb ik toch maar de knoop doorgehakt om ook het Midden-Delfland mee te nemen. De Rietputten zijn dan wel een potentiële locatie, en al vrij snel na aankomst bleek ik dat goed te hebben ingeschat. In de schemering hoorde ik inderdaad al een waterpieper roepen en uiteindelijk zag ik tien exemplaren vertrekken. Weer een mooie stip op de kaart!

Zonsopkomst boven de Rietputten
 
Na daarna in de ochtend nog de humes bladkoning van het Noordpark mooi gezien te hebben, was ik vanmiddag nog even met Rutger op stap om bokjes te vangen. Dat lukte meer dan goed in Oud-Reijerwaard, waar we uiteindelijk 12 bokjes vingen! Terwijl we met het laatste bokje bezig waren, kwam er een melding binnen van een gefotografeerde Pacifische parelduiker op Neeltje Jans. De vogel was gevonden door Sven Valkenburg en de foto's logen er niet om. De kenmerken die wij van deze Amerikaanse dwaalgast paraat hadden klopten allemaal met de vogel, dus nadat het laatste bokje was losgelaten ging het linea recta naar het Zeeuwse.

Bokje

Het was vanaf Ridderkerk maar ruim een uur rijden, dus dat ging nog prima passen voor zonsondergang. Voor mij kwam dat dus uitstekend uit, aangezien ik de volgende dag zou vertrekken voor een weekje naar Duitsland. De vogel bleef keurig in het haventje, maar bij aankomst was hij net even uit beeld. Het duurde gelukkig niet lang voordat de vogel weer opdook en zich op afstand liet bekijken. Onder andere het ontbreken van de witte dijvlek, aanwezigheid van een keelbandje, kleine voormaat en steile voorhoofd waren goed te zien. Zeker toen de vogel nog een stuk dichterbij de kant opdook. Een schitterende soort en een hele nieuwe voor de Nederlandse lijst. Mooi begin van het nieuwe jaar! 
Vogelaars op de kade


Pacifische parelduiker

woensdag 1 januari 2025

Een vogelrijk 2025 gewenst!

Zoals ik jaarlijks doe maak ik aan het eind van het jaar altijd een overzicht van de hoogtepunten van het afgelopen jaar. Dit jaar ben ik wat rustiger geworden met het schrijven op m'n blog, dus ook deze terugblik gaat wat korter worden (denk ik...). Het was vooral een jaar met heel veel nieuwe soorten, liefst 9 zag ik er! Daarnaast niet heel veel gevogeld (volgens mij..), maar met name bezig geweest met eigen onderzoeksprojectjes. Een twitch tussendoor is dan natuurlijk altijd een goede afwisseling! 

Het jaar begon goed, niet gelijk met een lifer, maar op 3 januari vond ik de Siberische waterpieper terug in 's-Gravendeel! Tijdens het tweede of derde bezoek aan de polder deze winter, waar een mooie groep waterpiepers een spruitenstoppel had gevonden, liep deze enorme dwaalgast opeens mijn scopebeeld in. Heel gaaf om hem weer terug te zien en gelijk nu ook een stuk beter dan de vorige winter. De weken daarop bleek de vogel lastig en in februari kon ik 'm al niet meer terugvinden. Ook diverse geringde waterpiepers verdwenen op dat moment al uit beeld, de wegtrek van waterpiepers kan vroeg beginnen... 

Siberische waterpieper

Eind februari werd ik op een zondag opeens opgeschrikt, want totaal onverwachts vloog er een donkere fase dwergarend over de tuin. Mijn eerste nieuwe soort van het jaar en dan ook nog gelijk over de tuin, een goed begin! 

Dwergarend

In maart bezocht ik op één van zijn laatste dagen de zwartkoprietzanger die langs de Grebbedijk bij Rhenen was ontdekt. Eerder hoorde ik al twee keer een zwartkoprietzanger in Nederland, maar zien lukt uiteindelijk niet in de Ooijpolder en de Biesbosch. Deze mooie, zonnige ochtend in maart was dus een stuk succesvoller, want met mijn kijker zag ik hem af en toe fraai door het riet skulken. Een gaaf beest! 

Een nieuwe soort was het dus niet, maar een beetje voelde het wel zo. Begin mei begon het echt pas te lopen met de nieuwe soorten, toen op Texel een kuifkoekoek werd gevonden. Eén van mijn schaamsoorten, maar eentje die sinds 2015 niet meer twitchbaar ais geweest in Nederland. In het begin van zijn verblijf op Texel was hij lastig, maar uiteindelijk bleek hij redelijk voorspelbaar en op de ochtend dat wij gingen liet hij zich goed, maar wel op grote afstand bekijken. Erg gaaf om te zien natuurlijk en weer een mooie soort rijker! 

Kuifkoekoek

Vanaf toen ging het wat beter lopen, want op 31 mei werd er in de Driemanspolder bij Zoetermeer een heuse grote tafeleend ontdekt. Een nieuwe soort voor Nederland, nadat een vogel die jarenlang in de duinen uiteindelijk als waarschijnlijk escape was ontmaskert. Die vogel zag ik toentertijd nooit, maar nu leek dus alles goed te zitten. Nadat de vogel op 31 mei was vertrokken stond ik er op 1 juni niet met het eerste licht, maar al snel werd de vogel gemeld en kon ik 'm dus ook bijschrijven. 

Grote tafeleend

Juli was dit jaar uiteindelijk voor mij de beste maand. Het begon met een scharrelaar die opdook in de Meinweg (Limburg) en daar al een paar dagen aanwezig bleek te zijn. Een twitch op het eind van de dag leek onhaalbaar, dus ik gokte op de volgende ochtend. Dat lukte goed, want dankzij mijn warmtebeeldkijker ontdekte ik de vogel al op de slaapplek en uiteindelijk ook schitterend op de hei. 

Scharrelaar

Twee weken later was het weer prijs, weer zo'n typisch zomerse dwaalgast: groene bijeneter! Ook nu komt het natuurlijk weer net niet helemaal uit, want ik moest weer op tijd terug op kantoor zijn. Nadat de vogel een paar keer was vervlogen maar uiteindelijk toch wel ter plaatse bleef, besloten Jonathan Janse en ik toch te gokken dat we met twintig minuutjes op locatie wel voldoende zouden hebben. Na de auto geparkeerd te hebben bij Noordwijkerhout direct de duinen in, waar Jonathan 'm ongeveer in de eerste meidoorn ziet zitten. Het kan verkeren... 

Groene bijeneter

De beste soort van de maand kwam ook op het laatst, en zoals meestal in de zomer tijdens het veldwerk. Met een aantal collega's hoefden we niet lang na te denken toen de melding doorkwam en liepen we linea recta het veld uit bij Nieuwkoop, op naar Walcheren! Na een soepele rit liep daar de pas tweede Indische kievit voor Nederland, schitterend in een duinvalleitje! Erg gave soort, en zeker als er regelmatig bijeneters en zomertortels overvliegen... 

Vogelaars bij de Indische kievit

Na een vakantie in augustus kwam ik op 2 september weer vol goede moed op kantoor. Voor een afspraak moest ik al in Noordwijk zijn, maar al snel kwam de melding van een veldrietzanger bij Den Helder! De vogel leek goed te doen, dus nadat de afspraak was afgelopen ging het linea recta richting het noorden. De veldrietzanger was gevonden in een klein wilgencomplexje en wat riet in het duingebied, en kon eigenlijk geen kant op. Meestal liet hij zich uitsluitend zien na het afspelen van geluid, en bij aankomst was dat net gedaan. Veel vogelaars vertrokken dus en hadden hem net mooi gezien, dus voor ons was het een uurtje in spanning afwachten. Na het afspelen van het  geluid kwam het echter gelijk goed en liet de veldrietzanger zich op afstand schitterend bekijken! Een zeldzame soort die met enige regelmaat wordt gevangen, maar dit was pas de tweede twitchbare vogel in het veld.

Wachten  bij de veldrietzanger

Een maand later mocht ik in Wassenaar mijn 450ste soort op de lijst bijschrijven: een roetvliegenvanger! We stonden net op het punt een rondje te gaan wandelen, dus die wandeling zou in de Ganzenhoek moeten gaan plaatsvinden... Een hectische twitch van weer een nieuwe soort voor Nederland, en ook pas de derde voor Europa! Een hele gave soort! 

Twitchers bij de roetvliegenvanger

Ten slotte was er eind oktober nog een rotszwaluw, die een nacht op de kerk in Oosterend op Texel doorbracht. Op de zaterdagochtend vroeg zagen we met de warmtebeeld dat de vogel nog aanwezig was, waarna hij zich in de vroege ochtend schitterend liet zien in het dorpje. Net zoals eerdere lifers dit jaar (scharrelaar, kuifkoekoek, dwergarend) was dit toch ook wel een inhaler, maar wel een hele fijne natuurlijk. 

Rotszwaluw

Naast het twitchen van zeldzame soorten heb ik weinig zeldzaamheden in het land gezien. Een bezoek aan de Nieuwe Driemanspolder in juli voor een vorkstaartplevier liep helaas op een dip uit, zo kon ik deze nieuwe soort voor mijn Zuid-Hollandlijst niet bijschrijven. Wel vloog hier nog een witwangstern rond en zo kon ik ook nog o.a. roze spreeuw en morinelplevier nabij een zeldzaamheid bijschrijven. Zelf zoeken heb ik dit jaar ook niet veel gedaan, ik denk dat ik 2 keer op de Maasvlakte ben geweest... Vogelen in het najaar leverde verspreid nog wel wat bladkoningen, een dwerggors, ortolaan en roodpootvalk op. In de winter vond ik verrassend met het zoeken naar waterpiepers nog een buidelmees. De vondst van een roepende kwartelkoning in de Zegenpolder was wellicht mijn leukste vondst van het jaar (na de dwergarend). 

Die vondst brengt ons ook nog naar IJsselmonde, waar het met drie nieuwe soorten voor de lijst een prima jaar was. Na de dwergarend duurde het alleen tot in november, toen er twee keer kort achter elkaar een soort op dezelfde plek opdook. Op 11 november dreef een parelduiker over de rivier richting het Noordpark (Zwijndrecht), waar hij ruim een uur aan onze kant bleef dobberen en zich uiteindelijk ook in het Balkengat schitterend liet bekijken. Een nieuwe soort voor het eiland, al snel gevolgd door een andere nieuwe soort voor IJsselmonde op dezelfde locatie: een humes bladkoning werd op 28 december ontdekt! 

Parelduiker

Jaarlijsten doe ik al jaren niet meer op IJsselmonde, maar de nodige zeldzaamheden kwam ik nog wel tegen, zoals middelste zaagbekken, kwartels, kanoet, reuzenstern, drieteenstrandloper, koereigers, rode en zwarte wouwen, grauwe kiekendief, goudvink en nog een onverwachtse sneeuwgors. Een steltkluut in Oud-Reijerwaard was in april een leuke vondst en in februari was er op twee dagen nog mooie kraanvogeltrek, met meerdere groepen uit kantoor in Ambacht. Daarvandaan zag ik ook nog een fraaie zwarte wouw, koereiger en met grote regelmaat zeearenden. Heel leuk was ook de aflezing van een Finse krombekstrandloper in de Crezéepolder, die krap een week ervoor was geringd in Finland! Een Big Day hebben we dit jaar niet gedaan op het eiland overigens. 

Finse krombekstrandloper

Op IJsselmonde was ik verder vooral druk met mijn onderzoeksprojecten, die zich momenteel nog steeds richten op matkop, kievit, bokjes, houtsnip, huismus en waterpiepers. Het leverde veel mooie vangsten, onverwachte aflezingen en leuke resultaten op! Zo zijn er ondertussen alweer 5 houtsnippen elders in Europa geschoten, namelijk in Rusland (3), Frankrijk (1) en Italië (1). Helaas werden dit najaar ook weer twee kieviten geschoten gemeld in Frankrijk. Het één en ander is of zal uiteraard worden uitgewerkt in artikelen. Ringen in Meijendel deed ik dit jaar weinig, en helaas was het broedsucces van de kolonie op de Sophiapolder ook beperkt: er kwam zelfs geen enkele kluut groot, maar wel konden we nog de nodige visdieven en wat stormmeeuwen ringen. 

Waterpieper R/WNR

Sneeuwgors

Bosrietzanger in oktober (Woerden)

IJsvogel en draaihals (VRS Meijendel)

Wat betreft zoogdieren was het dit jaar vrij rustig, maar een gewone dolfijn in IJmuiden kon ik natuurlijk niet links laten liggen en was nog nieuw op de lijst. Muizenonderzoek op IJsselmonde was ook leuk voor de verandering, maar leverde niet de gehoopte waterspitsmuizen op. Wel was het talrijk voorkomen van dwergspitsmuizen erg leuk en verrassend. De groep watervleermuizen onder de A16 was ook dit jaar weer aanwezig en bleek inderdaad om een kraamkolonie te gaan. De andere kraamkolonie in de Zwijndrechtse Waard kon ik lokaliseren in het Slobbenoordbos, terwijl ik boven de Devel ook meerdere meervleermuizen had. 

Gewone dolfijn

Op het gebied van vlinders en libellen heb ik in Nederland niet heel veel zeldzaams gezien, maar met de teamtweedaagse in Drenthe was het goed om weer eens maanwaterjuffers en noordse witsnuitlibellen tegen te komen. Op IJsselmonde was het echter wel een heel leuk libellenjaar, en door gericht zoeken heb ik uiteindelijk mijn eerste zuidelijke heidelibel (2e voor het eiland) en mijn eerste zwervende pantserjuffer (3e voor het eiland) gevonden. Mijn beste vondst was wellicht een jagende zuidelijke glazenmaker bij de Jan Gerritsenpolder, dat was een compleet nieuwe voor IJsselmonde! Naast deze nieuwe soort zag ik ook nog lokale zeldzaamheden als blauwe breedscheenjuffers, bruine korenbout, smaragdlibel, vuurlibellen, rivierrombouten, tengere grasjuffers en zuidelijke keizerlibellen. 

Zuidelijke heidelibel

Zwervende pantserjuffer

Ook op het gebied van sprinkhanen was het op IJsselmonde echt een goed jaar. Greppelsprinkhanen vond ik ook weer ten westen van de A29, maar gouden sprinkhaan blijft nog steeds stabiel in de Crezéepolder. Op de Sophiapolder is de populatie helaas na de herinrichting van de dijken verdwenen, maar zal wellicht weer een keer volgen?! Een gerichte zoekactie naar boomkrekel leverde op de Sophiapolder wel zoals verwacht één zingend exemplaar tegen! Het zou eigenlijk de eerste voor IJsselmonde zijn, ware het niet dat ik de avond ervoor een boomkrekel vond in Rijsoord tijdens een ronde voor spoorkrekels! Een lang verwachte nieuwkomer ook op het eiland, en die spoorkrekels zitten werkelijk overal op het oosten van IJsselmonde, maar ook rondom de Waalhaven. De ontdekking van een populatie kiezelsprinkhanen bij de Waalhaven, deed mij besluiten om ook in Zwijndrecht op wat spoortjes rondom Kijfhoek te gaan zoeken. Dat leverde zowaar ook de vondst van een populatie kiezelsprinkhanen op op een braakliggend terrein! Na de eerste vondst voor Nederland in Rotterdam-Zuid (ook op IJsselmonde dus), blijkt dat er nu weer/nog twee populaties op het eiland zijn, waarbij opgemerkt moet worden dat ik de kans wel heel groot acht dat er een grote populatie op rangeerterrein Kijfhoek aanwezig is. 

Kiezelsprinkhaan

Boomkrekel

In Nederland kon ik in september uiteindelijk nog rozevleugel op mijn Nederlandse lijst bijschrijven. In Groeve 't Rooth werd deze zomer een populatie ontdekt, en met een reguliere excursie de groeve in kon ik deze fraaie nieuwkomer bijschrijven. Sprinkhanen blijven voor mij toch een aansprekende soortgroep in Nederland en dit was soort nr. 45, waarbij alleen de kleine wrattenbijter (zit op een militair oefenterrein) nog ontbreekt. 

Rozevleugel

Ten slotte heb ik natuurlijk ook weer naar de planten gekeken dit jaar. Met iets meer enthousiasme heb ik ook gefocust op mijn IJsselmondelijst, waar ik totaal 58 soorten kon bijschrijven. Daarbij toch ook wel wat hoogtepunten als hondskruid, moeraswespenorchis, driekantige bies (bijna verdwenen), kleine rupsklaver, slangenlook, echt lepelblad, groot nimfkruid en klavervreter. Door het zoeken naar zeldzame plantjes kom je toch ook weer net op andere plekken op het eiland. In Nederland kon ik uiteindelijk 40 nieuwe soorten bijschrijven, wat ik vooral deed met gecombineerde rondjes (bijv. twitch naar scharrelaar, bezoek aan de rozevleugel en met werk). Het zijn vrijwel uitsluitend allemaal echte zeldzaamheden, zoals zomerandoorn, wigbladige roos, strobloem, grote biesvaren, kleine biesvaren, koprus en slank wollegras. 

Klavervreter

Klein nimfkruid

Zomerandoorn

Veldgentiaan

Een vakantie hadden we in augustus nog in Noorwegen, waarbij het lukte om een paar leuke doelsoorten te zien. Het duurde even, maar uiteindelijk heb ik schitterend witrugspecht gezien. Erg blij was ik ook met waarnemingen van taigagaai en moerassneeuwhoen, maar helaas lukte het niet om bruinkopmezen te vinden (zit nog een populatie vrij zuidelijk). De vakantie werd nog wel aangevuld met waarnemingen van elanden, parelduikers, korhoenen, steenarend, ruigpootbuizerds, notenkrakers en ook (uitgezette) muskusossen. 

Witrugspecht

Korhoen

Muskusos

Parelduiker

Eland

Taigagaai

Uiteindelijk resulteerde het bovenstaande in een update van de volgende lijstjes: 

Nederlandse lijst: 451 soorten 

Zuid-Hollandlijst: 371 soorten

IJsselmondelijst: 269 soorten (incl. Siberische tjiftjaf, rouwkwikstaart, Engelse kwikstaart, noordse kwikstaart, kleine barmsijs en witstuitbarmsijs)

Hendrik-Ido-Ambachtlijst: 225 soorten

Jaarlijst 2024: 238 soorten (incl. witbuikrotgans, Engelse kwikstaart, noordse kwikstaart, rouwkwikstaart, grote barmsijs)

IJsselmonde 2024: 179 soorten (incl. Engelse kwikstaart, noordse kwikstaart en rouwkwikstaart)

Zelfontdeklijst: 292 soorten

Dagvlinders: 71 soorten (excl. geraniumblauwtje)

Libellen: 67 soorten

Sprinkhanen: 45 soorten (excl. huiskrekel, spoorkrekel, schildboomsprinkhaan, westelijke zorrosprinkhaan en zuidelijke boomsprinkhaan)

Planten: 1291 soorten

Zoogdieren: 53 soorten

Alle lezers een gelukkig en natuurrijk 2025 toegewenst! 

dinsdag 31 december 2024

December 2024 met een heerlijke afsluiter!

Het grootste deel van de maand december stond voor mij in het teken van het zoeken naar slaapplaatsen van waterpiepers. Nadat ik een aantal jaar geleden op IJsselmonde begonnen was met het ringonderzoek, is de interesse in deze soort steeds sterker geworden. Temeer omdat er ook gewoon niet zoveel over bekend is. Afgelopen winter bleken ook op meerdere plekken in de Hoeksche Waard clusters te zijn met waterpiepers, maar kon ik het voorkomen nog steeds niet helemaal verklaren. Waarom zitten ze op sommige plekken wel, en op andere plekken niet? De Alblasserwaard bleek afgelopen winter zelfs vrijwel helemaal verlaten te zijn... 
Slaapplaats Groene Strand (Oostvoorne)

Reden temeer om mijn onderzoeksgebied wat te vergroten, dus in december bezocht ik zoveel mogelijk potentiële plekken in de Krimpenerwaard en de Zuidplaspolder. De tijdsinvestering is redelijk beperkt, want het posten duurt maximaal een uurtje rond zonsondergang of zonsopkomst, en bovendien zijn dat in de winter natuurlijk hele schappelijke tijden. Alleen soms jammer dat het samenvalt met de spits... Al met al leverde het qua waterpiepers eigenlijk bedroevend weinig op, wat juist ook wel weer het belang van IJsselmonde voor deze soort onderstreept. Erg interessant allemaal! Naast waterpiepers (die ik ook vaak niet had...) waren het natuurlijk soorten als waterral en cetti's zanger die overal aanwezig waren. Verder een enkele baardman, blauwe kiekendief, grote zilverreigers en als leukste verrassing een luid roepende buidelmees langs de Lek bij Krimpen aan de Lek! Een soort die je toch wel een keer zou verwachten, en dus ook wel een keertje lukte. Zien lukte overigens niet vanwege de schemer, maar toch een leuke vondst. 
Rietgors langs de Lek, zonder waterpiepers maar mét buidelmees

Overdag lukte het regelmatig om flink wat waterpiepers af te lezen. Twee zoektochten in de Hoeksche Waard leverde helaas niet de Siberische waterpieper op. De vogel lijkt helaas dus niet te zijn teruggekeerd, alhoewel ik ook niet meer dan 20 waterpiepers kon vinden. De mooie groep van de afgelopen jaren lijkt dus niet aanwezig, maar geschikt foerageerhabitat leek ook beperkt. Omdat ik nu toch in de buurt was heb ik ook weer een keer de dwergganzen in het Oudeland van Strijen opgezocht, dat was alweer tien jaar geleden... 

Zonsopkomst bij Groot Koninkrijk

Goede spruitenstoppel gaat ten onder

Verder ving ik in december nog de nodige bokjes, watersnippen, houtsnippen en waterpiepers, waarmee de maand zich niet veel onderscheidde van de afgelopen wintermaanden. Daartussen uiteraard ook nog wat leuke en nuttige terugvangsten van afgelopen winters. De leukste waarneming van de maand zat echter in de staart. Op zaterdag 28 december liepen we net even in Dordrecht toen op in het Noordpark door Hans Bossenbroek een mogelijk bladkoning werd gemeld. Ik volgde de berichten wat op de voet en niet veel later bleek het zeker om de eerste humes bladkoning voor IJsselmonde te gaan! Een toch wel langverwachte soort, maar wel een hele zeldzame. Op IJsselmonde hadden we alleen 1-2 claims van deze soort, maar met zekerheid was hij nog nooit vastgesteld. Het lag gelukkig op de route dus niet veel later sta ik naar de luid roepende humes bladkoning te luisteren in een tuin met veel wintergroen. De kenmerkende roep was het meest opzienbarende aan de waarneming, want verder dan wat vluchtige waarnemingen van een vlug bewegende en vliegend zangertje kwam ik zonder verrekijker niet... Desalniettemin een fijne afsluiter van dit jaar en de derde nieuwe voor mijn IJsselmondelijst dit jaar! 

Kramsvogels

Kleurringen na een paar weekjes flink onder de bagger

Sfeerplaatje bij de humes bladkoning

zaterdag 30 november 2024

November 2024

De maand november begon roerig, met op de eerste dag van de maand een mooie vangdag in een Noord-Hollandse polder. In de polders nabij Krommenie worden al enkele winters op rij smienten gevangen met een kanonnet, welke worden gekleurringd en soms ook gezenderd. Op IJsselmonde is ook eenmaal een geringd exemplaar aangetroffen van deze ringacties. Het leek me altijd leuk en leerzaam om zo'n vangactie eens een keer mee te maken, en vandaag had ik daar de gelegenheid voor. Als ik aankom is alles al geïnstalleerd en ook de eenden lopen al op de goede plek. Niet veel later is dan ook het net gevallen en zijn we de rest van de dag zoet met de bijna 60 exemplaren. Leuke, leerzame en nuttige bezigheid! 


Smienten

Op 2 november had ik het voornemen om te proberen de groep waterpiepers te vinden, maar in de ochtend werd dat ruw gestoord door de melding van een zeer waarschijnlijke bruine gent bij Scheveningen. Dit soort meldingen vind ik altijd wel leuk om toch gewoon een poging te wagen, zeker als het redelijk in de buurt is. De vogel vloog heel rustig naar noord, en met een korte berekening zou Katwijk nog een serieuze optie moeten kunnen zijn. Na ruim een half uur sta ik dan ook op de boulevard met nog een tiental anderen, maar verder dan wat normale jan-van-genten, een houtsnip uit zee, wat middelste zaagbekken, brilduikers en eiders komen we niet. Ach ja, niet geschoten... 

De waterpiepers in de Zwijndrechtse Waard deden het ook de rest van de maand lastig, en het lukte me telkens niet om de groep op de akkers te vinden. Een deel lekker door te vliegen naar de Hoeksche Waard, maar ook daar had ik geen succes. Uiteindelijk vond ik ze eind van de maand op een spruitenstoppel langs de Lindeweg, zodat ik eindelijk een flink aantal vogels kon aflezen. Daar kon ik dus ook weer veel teruggekeerde vogels van afgelopen winters weer noteren. Erg nuttig en belangrijk om de overleving van waterpiepers inzichtelijk te krijgen! Twee vangsten op de slaapplaats leverde totaal nog zes gevangen exemplaren op, waaronder een vogel van afgelopen winter. Altijd leuk om weer eens zo'n zekere adult in de handen te hebben. 



Terugvangst adult R/RBY

Qua vangsten was er natuurlijk ook weer genoeg te doen wat betreft de snippen. Wekelijks deed ik weer een avondrondje in of de Zegenpolder, of rond Ambacht. Dat leverde in november 20 vangsten op van houtsnippen, waaronder ook terugvangst van afgelopen winter! In de donkere uurtjes vingen we verder nog wat watersnippen, de nodige bokjes en een enkele koperwiek, graspieper en holenduif. Al met al weer lekker om met het dazzelen bezig te zijn en ook het zoeken overdag naar bokjes leverde veel vangsten op. In november ving ik bijna 50 exemplaren, waaronder ook weer diverse terugvangsten van afgelopen winter. Met name braakliggende terreinen hebben lokaal voor deze soort toch een grote waarde! 
Kievit

Holenduif

Bokje

Klein Profijt

De zeldzaamste vangst van deze maand en wellicht van de afgelopen winters was een zogenaamde kortsnavelige houtsnip. Houtsnippen staan er om bekend dat ze een stevig lange snavel hebben, maar een zeer kleine deel van de populatie (naar schatting ca. 0,25%) heeft een absurd korte snavel. Wat hier precies achter zit is niet helemaal duidelijk, maar ten minste een deel van deze vogels kan er prima mee overleven. Ik wist van het bestaan van deze kortsnavelige vogels af, maar had ze nog nooit gezien, laat staan gevangen. Tijdens een vangronde in de Zegenpolder ben ik dan ook zeer aangenaam verrast als ik zie dat de houtsnip die ik gevangen heb een korte snavel heeft. De snavel meet uiteindelijk 49,2mm, een stuk korter dan de normale snavellengte van ca. 70mm. 

Houtsnip 'kortsnavel'

Een opmerkelijk 'bijvangst' bij het zoeken naar bokjes was de vondst van een sneeuwgors. Het was alweer mijn vierde op IJsselmonde, maar toch erg leuk dat een warm stipje in de warmtebeeldkijker op een paar meter afstand geen bokje is maar deze kustvogel. De vogel toonde zich erg tam en bleek een jong vrouwtje te zijn, die goed op gewicht was. Fraaie vogel! 


Sneeuwgors