dinsdag 18 augustus 2020

Weer 's een rondje Crezéepolder

Afgelopen twee weken heb ik nog enkele malen een poging gedaan om een waterrietzanger te vinden in de Crezéepolder of Polder Sandelingen, maar helaas zonder resultaat. Beide locaties zijn matig geschikt voor waterrietzangers, dus het blijft in deze regio altijd hopen op een verdwaald exemplaar, maar dit jaar zit het er niet in. Afgelopen zaterdag was ik daarentegen nog wel blij met een spotvogel in de nieuwe tuin, een aangename verrassing! 's Avonds zat er nota bene ook nog een bruine winterjuffer in de tuin, wat op IJsselmonde een echte zeldzaamheid is. Pas de tweede keer dat ik 'm heb op het eiland. Met die twee soorten dacht ik een goede dag te hebben, totdat ik thuis pas zag dat er eerder een steppeplevier op Walcheren had gezeten. Een pijnlijke misser van deze nieuwe soort voor Nederland, tja...

Na gisteren nog een visarend over de tuin van mijn ouderlijk huis te hebben gezien (tuinsoort nr. 118) heb ik nu ook eindelijk vakantie. Vanochtend besluit ik weer eens een rondje door de Crezéepolder te maken, wat zeker niet vervelend is. Het groepje van drie krombekstrandlopers die gisteren waren ontdekt zijn nog ter plaatse en laten zich leuk bekijken. Dat blijven fraaie vogels!
Krombekstrandlopers
Qua steltlopers is een bosruiter verder ook nog een leuke soort, maar zijn het vooral kemphanen, grutto's en oeverlopers die in de polder lopen. Ook lopen massaal kokmeeuwen in de polder te foerageren, waarbij ik zeker drie exemplaren met kleurringen zie lopen. Eén Pools exemplaar kan ik aflezen, die ik ook in oktober 2018 in de polder had. Toch leuk! Ook de jonge grote meeuwen, die nu weer volop rondvliegen, zorgen nog voor vermaak. Min of meer naast elkaar staan namelijk een geelpoot- en pontische meeuw. Fraaie vogels die op één of andere manier toch altijd wel opvallen.
Geelpootmeeuw - 1kj
Pontische meeuw - 1kj




Geen opmerkingen:

Een reactie posten