zaterdag 10 april 2021

Trektellen met een steeds algemenere verschijning

Aan het begin van deze week was nog een dag met flinke storm, toen nota bene ook in het binnenland meldingen kwamen van drieteenmeeuw, jan-van-gent en noordse stormvogel. Een rondje door de havens op IJsselmonde leverde helaas niet een verdwaalde zeevogel op, helaas... Wel zag ik m'n eerste visdief weer van het jaar en trof ik later in de weekweer eens een nieuwe plantensoorten: zinkboerenkers in het Botlekgebied.

Zinkboerenkers

Vanochtend sta ik weer ens op de telpost in de Crezéepolder, waar het met een noordoostenwindje nog venijnig fris is. In de lucht zit gelukkig beweging, met name van oeverzwaluwen. Gedurende de ochtend komen regelmatig groepjes van tientallen exemplaren langs. Totaal tellen we 237 exemplaren, een mooi aantal! Ook beflijsters komen in relatief hoge aantallen langs, uiteindelijk stokt de teller op 28 exemplaren (drie groepen van 4, 9 en 15 exemplaren). Verder vliegen er nog geen aantallen vogels, maar komt nog wel een enkele regenwulp, wat kemphanen en mijn eerste purperreiger van het jaar over. 

Purperreiger

Om half tien komt de leukste soort van de ochtend langs: een zeearend. Bijna dagelijks worden ze nu boven Oost-IJsselmonde gezien, iets wat we een paar jaar geleden niet voor mogelijk hadden kunnen houden. Desalniettemin blijft het een machtig gezicht en het is voor mij pas de tweede dit jaar! 


Zeearend

In de polder is verder nog mijn eerste groenpootruiter van het jaar aanwezig. Verder zingt vlakbij de telpost regelmatig een snor (helaas net in in Ambacht) en polder zwemt nog een paartje zomertalingen rond. 
Groenpootruiter

Voor de hele telling zie hier

Geen opmerkingen:

Een reactie posten