vrijdag 30 juni 2023

Intrigerende camerabeelden

Na het vorige week weer eens verder in het land gezocht te hebben, was een rondje op vandaag op IJsselmonde en de regio ook niet onaardig. Tussen de akkervogeltellingen door in de Hoeksche Waard was een luid zingende orpheusspotvogel nog een leuke soort. Op IJsselmonde was het qua akkervogels een stuk minder, maar op de dijk langs de Oude Maas kwam ik weer eens een rivierrombout tegen. Toch wel een zeldzame soort die je uiteindelijk niet vaak tegenkomt, ook al moeten er behoorlijke aantallen uitsluipen langs de riveren. Op een akker kwam ik verrassend genoeg nog een kolibrievlinder tegen en uiteraard zongen op verschillende plekken spoorkrekels! 

Kolibrievlinder
Waalbos

Op de braakliggende terreinen bij Oud-Reijerwaard zaten nog meer dan honderd greppelsprinkhanen te zingen. Dit is lokaal nog een zeldzaamheid die nog maar zo'n 10 jaar op IJsselmonde bekend is. Op deze locatie ontdekte ik ze voor het eerst in 2019, toen er 11 exemplaren zaten te zingen. Sindsdien is er nooit echt goed meer gekeken vermoed ik, dus de 100+ exemplaren die ik vanmiddag hoorde was toch wel een leuke verrassing! 

Langs de Devel haalde ik nog een wildcamera op, die ik al enige tijd bij een plasje in het rietmoeras heb staan. Het doel was om met zekerheid vast te stellen dat waterral in het gebied broedt. Waterral is lokaal een zeldzame broedvogel en meer dan een enkele roep hoor je niet van deze soort. Het leek me dan ook leuk om een te proberen om het paartje en hopelijk zelfs jongen op het beeld te vangen! Na analyse van de beelden bleek daar inderdaad meermaals het paartje waterral op te staan, leuk om te zien! 

Paartje waterral

Verder liepen er natuurlijk de nodige muizen (bosspitsmuis, bosmuis, rosse woelmuis), zowaar een mol en ook regelmatig een woelrat voorbij. Zeker die laatste is natuurlijk wel leuk, want nooit zag ik die soort nog in het echt. Nog iets voor de komende tijd om te proberen...


Woelrat

Wildcamera

woensdag 28 juni 2023

Plantjes in Gelderland en een nieuwe ZH-soort!

Aan het eind van de ochtend had ik een afspraak op de Veluwe. Een mooie gelegenheid om nog weer wat nieuwe plantensoorten die in het midden van het land op te zoeken, zodat ik wat eerder besluit te vertrekken. Het is wat miezerig als ik bij Zeist de eerste nieuwe soort van de dag zie: drijvende waterweegbree. Geen heel bijzonder ogend plantje, zodat ik niet veel later koers zet richting Amersfoort. In een nieuwbouwwijk aldaar zijn veel kademuren aanwezig, met veel verschillende muurvarens. Recent is daar ook noordse streepvaren ontdekt, een herontdekking van een uit Nederland verdwenen soort. Erg leuk om deze soort dus op te zoeken en op niet al te verre afstand staat ook nog sierlijk vetkruid op een geluidswal. 

Sierlijk vetkruid
Noordse streepvaren

Op de Veluwe zie ik na een korte boswandeling even later een groeiplaats van kleine wolfsklauw. Eén van de weinige groeiplaatsen van deze zeldzame soort, wat toch net als de andere soorten wolfsklauwen wel een aparte verschijning is. Mooie plant! Wat indrukwekkender zijn even later vlakbij de locatie van mij afspraak een aantal vliegend herten. Deze grote keversoorten drinken het sap van 'bloedende' eiken, en ik tref zowaar vijf exemplaren op een (op het oog) met de hand gemaakte wond in een eik. Door deze schitterende insecten waar daar dus gelijk goed gebruik van gemaakt! 

Kleine wolfsklauw

Vliegend herten

De terugweg vanaf de Veluwe ga ik een oostelijke route, waarbij ik bij Ewijk een paar strofes van de daar bekende struikrietzanger hoor. De soort doet het natuurlijk erg goed de laatste jaren, en ook dit jaar zijn weer meerdere exemplaren van deze zeldzaamheid uit Oost-Europa opgedoken. Wat dat betreft is er in de afgelopen tien jaar veel veranderd, ik kwam eigenlijk niet eens voor deze zeldzaamheid. In de uiterwaarden groeit namelijk ook knolribzaad en ook graskers, maar voor deze laatste soort was ik nog wat te vroeg. 

Knolribzaad

Als laatste ga ik bij Neerrijnen nog even van de A15 af. Bij Kasteel Neerrijnen is namelijk één van de weinige groeiplaatsen van breed klokje. De zeldzaamheid staat gelukkig nog volop in bloei, zodat ik zonder al te veel moeite de exemplaren heb gevonden. 

Breed klokje

Vanavond bracht ik ten slotte na gierzwaluwonderzoek in Noordwijk nog een bezoekje aan de Noordwijkse duinen. Overal hoor ik duinsabelsprinkhanen zingen als ik rustig door het duin fiets, maar gelukkig zie ik even later ook in de schemer over het fietspad flappen waar ik voor kwam: nachtzwaluw! Niet veel later hoor ik ook een exemplaar zingen! Voor mij is het de eerste keer dat ik deze soort in Zuid-Holland zie, wat de soort heeft zich hier nog maar enkele jaren gevestigd. Erg leuk om deze nu ook binnen de provinciegrenzen te kunnen zien en horen! Uiteraard maken een houtsnip, bosuil en rosse vleermuis het avondkwartet hier nog compleet. 

dinsdag 27 juni 2023

Pruimenpage in Vijlen

Deze week deed ik echt de laatste broedvogeltellingen, wat bij Ouddorp nog weer wat schitterende zomertortels opleverde.  Ook hadden de strandplevieren en dwergsterns jongen, terwijl op het strand honderden meeuwen stonden met daartussen onder andere een Tsjechische Pontische meeuw. Leuk was ook een geringde kluut aldaar, maar helaas geen exemplaar die ik geringd heb... 

Zomertortel

Kluut WJB0

Vrijdag kon ik op IJsselmonde nog drie nestjes met kerkuilen ringen, met resp. 1, 3 en 4 jongen. De ringer die de nestjes eerder voor haar rekening nam is ermee gestopt, dus hopelijk gaat het lukken om de trend de komende jaren door te zetten. Schitterende beesten natuurlijk! De jongen bleken overal wel behoorlijk ondermaats en ook waren de aantallen jongen niet hoog. Wat een goed jaar leek te worden qua muizen is wellicht door het natte voorjaar toch aardig ingestort?! 

Jonge kerkuilen

Vanochtend besloot ik voor de verandering eens gewoon naar Zuid-Limburg te rijden. Afgelopen week was bij Vijlen een pruimenpage ontdekt, een soort die al tientallen jaren uit Nederland was verdwenen. In de dagen erna bleken er zeker wel drie exemplaren rond te hangen, dus waarschijnlijk is er sprake van een populatie. Afgelopen zaterdag kwam het niet uit om af te reizen naar het zuiden, maar vandaag kan het wel. Om half elf loop ik dan ook op het holle weggetje aan de noordkant van het Vijlenerbos te zoeken naar deze zeldzame page, die met name op sleedoorn zit. 

Veel sleedoorn langs de holle weg

Het is een schitterende plek met volop geelgorzen, grauwe klauwieren en spotvogels. Qua vlinders vliegen er volop dikkopjes en bruine zandoogjes, maar het weer is niet ideaal. Het zonnetje schijnt wat tussen de wolken door en het is niet bijzonder warm, maar goed genoeg voor de pages om te vliegen zou je zeggen. Gelukkig vind ik na zo'n 20 minuten zoeken een exemplaar in een sleedoorn zitten. Deze blijft daar vervolgens drie kwartier zitten en laat zich in die tijd goed bekijken! Het is een wat afgevlogen exemplaar, maar erg blij met het vinden van deze nieuwe soort. Blijft toch leuk om een nieuwe vlindersoort in Nederland te zien! 


Pruimenpage

Op de terugweg naar de auto tikken we nog even bittere scheefbloem in. Een zeldzame plant die hier toevallig op een stukje kale grond is ontdekt en waarvan geen vaste groeiplaatsen bekend zijn. Leuk! Verder doen we niet veel in Limburg, komen nog wel meerdere rode wouwen en een langsvliegende bramenparelmoervlinder tegen, en zijn zodoende weer bijtijds thuis. 

Bittere scheefbloem

zaterdag 17 juni 2023

Kluten en spoorkrekels

Ondertussen is het alweer half juni geworden, dus de broedvogeltellingen lopen nu op z'n eind. Deze week was bijvoorbeeld ook onze laatste BMP op Tiengemeten, wat met visarend, zeearend, zwarte ibis, grauwe klauwier, casarca's, reuzenstern en grote sterns schitterend werd afgesloten. Gisterenochtend leverde het onderzoek naar kievitkuikens nog onverwachtse een velduil op in de Zegenpolder, zodat ook in juni nog genoeg verrassingen op de loer blijken te liggen. Over het algemeen wordt het natuurlijk wel flink rustiger op vogelgebied, zodat ik dan toch weer vaak overstap naar planten. Het blijft toch een leuke zomerse bezigheid om de plantenlijst aan te vullen, zoals ik pas kon doen met aardkastanje bij Middelburg waar ik in de buurt moest zijn.

Aardkastanje

Gisterenmiddag was de jaarlijkse vangactie weer voor kluten op de Sophiapolder. Dit jaar broedde er zo'n 60-70 paar van deze schitterende steltlopers op het eiland, nadat ze vorig jaar ook succesvol in flinke aantallen hadden gebroed. Enkele paartjes hebben het wel eerder geprobeerd in de Crezéepolder dit jaar, maar daar is nu geen ei uitgekomen. Op de Sophiapolder liepen echter behoorlijk wat families, en mede dankzij het opkomende tijd lukte het om 24 grote jongen te kunnen vangen en ringen. 




Geringde kluten ©Bas Verhoeven


Alle exemplaren kregen links een witte kleurring en rechts een blauwe kleurring met een teken daarop, net zoals de afgelopen jaren. Elk jaar ring ik zo'n 20 jonge kluten op IJsselmonde, en dat heeft toch al veel aflezingen opgeleverd. Meerdere exemplaren zijn teruggezien op overwinteringsplekken in bijv. Portugal, Frankrijk en Zuid-Engeland, terwijl broedvogels op diverse plaatsen in Nederland opduiken. In juli zijn dan juist weer meerdere aflezingen uit de Waddenzee, waar een deel van de kluten heentrekt om te ruien. Leuke resultaten dus, maar het koste ook vandaag weer behoorlijk inspanning om met bijna 30 graden door het slik te rennen om de kuikens te bemachtigen. Uiteindelijk bleken er zeker zo'n 40 jongen te staan, zodat we nog veel kuikens hebben gemist, maar een mooi groot deel wel hebben kunnen ringen. 
Kluut ringen ©Bas Verhoeven

Vanavond maakte ik nog een rondje voor akkervogels in de Zwijndrechtse Waard, wat weinig succesvol broedparen van scholekster en kievit opleverde. Wel hoorde ik op diverse plaatsen, ook in akkers, zingende spoorkrekels. Ze zaten gewoon in scheuren in de grond vanwege de droogte, opvallend! Sinds vorige week werden op het rangeerterrein Kijfhoek en in de omgeving daarvan enkele spoorkrekels waargenomen, maar ze blijken dus op veel meer plekken te zitten! Spoorkrekel is een zeer zeldzame krekelsoort die tot vorig jaar alleen bekend was van station Ede-Wageningen. Nu ze hier ook op veel plekken rondom het rangeerterrein blijken te zijn, is het wat mij betreft aannemelijk dat er op het rangeerterrein ook al jaren een populatie aanwezig is, waarvan exemplaren nu zijn uitgewaaierd naar de omgeving. Opvallend is het in ieder geval! 


Zanglocatie spoorkrekel

donderdag 8 juni 2023

Schitterende dag met roodmus én woudaapje!

Vanochtend stond ik in alle vroegte op de Brielse Gatdam voor mijn laatste BMP-ronde daar. Het was heerlijk weer, een schitterende ochtend en na een paar honderd meter werd ik al opgeschrikt door de kenmerkende zang van een roodmus in de verte. In Voornes Duin waren de afgelopen dagen al 2 roodmussen waargenomen, maar dit betrof weer een nieuwe locatie van de soort. De vogel bleef in eerste instantie helaas op afstand, maar op de terugweg zag ik 'm gelukkig ook nog even. Het betrof een jonge vogel, schitterend! De laatste keer dat ik een roodmus zag was alweer zeven jaar geleden, en altijd leuk om er dan nog eentje zelf te vinden! 

De telling was verder ook meer dan geslaagd met nog een schitterend, laag overvliegende reuzenstern en verder natuurlijk de gebruikelijke soorten als nachtegalen, goudvink, middelste zaagbek en zilverplevier. Ook een nestje met jonge boomleeuweriken was de moeite waard en als ik me goed herinner pas de eerste keer dat ik een nest van deze soort vind.

Nestje boomleeuweriken

Aansluitend tel ik nog een gebiedje in de binnenduinrand van Voorne, waar ik het ook niet kan laten om nog even te zoeken naar de veldparelmoervlinders. Sinds vorig jaar worden er opeens vrij massaal veldparelmoervlinders waargenomen in het gebied, waarvan de herkomst op z'n minst dubieus te noemen is. Deze zeldzame soort komt alleen in het oosten van Noord-Brabant en Zuid-Limburg voor en het is dan ook niet waarschijnlijk dat de soort hier op een natuurlijke manier is gekomen. Desalniettemin wel leuk om deze zeldzaamheid te zien, die zich hier dus wel succesvol hebben voortgeplant afgelopen jaar. 
Veldparelmoervlinder

Na een middag op de Utrechtse Heuvelrug met collega's met soorten als gevlekte witsnuitlibel, ringslang, kleine bonte specht en diverse plantensoorten, maakte ik vanavond nog een rondje door de Zwijndrechtse Waard om de stand op te nemen van de vervolglegsels van kievit. Dat viel echter bitter tegen en vrijwel nergens werd gealarmeerd. Ook de scholeksters lijken in tegenstelling tot vorig jaar massaal te zijn mislukt in het akkergebied. Aangezien de zon al langzaam ondergaat besluit ik nog even te gaan luisteren langs de Devel. Altijd een heerlijk moment zo in de avond met nog wat zingende snorren en wie weet zou de roerdomp zich nog laten horen.

Ik sta echter nog niet lang op de kruising van de Groenesteeg en de Develweg, als ik in de verte opeens het kenmerkende blaffen van een woudaapje hoor! Het klinkt uit de richting van de HSL-lijn, maar daar kan je helaas met geen mogelijkheid dichterbij komen. Van de vogel zien is dan ook geen enkele sprake helaas, maar erg gaaf om die kleine, zeldzame reigersoort hier eens te vinden. Niet alleen omdat ik nog nooit eerder een woudaapje vond, maar ook omdat het de grote waarde van de rietkragen langs de Devel maar weer benadrukt. Een kreek waar in 2019 bijvoorbeeld drie paar roerdompen zat, maar nu dus ook een woudaapje! Zo vind je dus een voorjaar niks, en zo een roodmus en woudaap op één dag. Het kan verkeren! 
Zonsondergang boven de Devel

zaterdag 3 juni 2023

Een kast vol oeverzwaluwen

Door de aanhoudende noordoostenwind blijft het droog, maar ook leuk met doortrekkers. Op de Sophiapolder zag ik zo afgelopen dagen nog een groep van acht zilverplevieren en ook elders in de Delta kwam ik nog aardig wat bontbekplevieren tegen. Leuk! In Rhoon zag ik op 1 juni bovendien nog een groepje van drie paapjes, die dus ook lekker laat nog een doortrekpiek laten zien. De insectentellingen zijn ondertussen ook weer begonnen, wat mij deze week een plasrombout opleverde. Een schitterende libellensoort die ik alleen meer dan tien jaar geleden eens zag, dus leuk om 'm weer eens tegen te komen! 

In Rhoon kon ik eergisteren nog twee vliegvlugge geringde kieviten aflezen en in de Zegenpolder werd ik ook aangenaam verrast door een invallende roerdomp. Een zwervende vogel? Vanochtend was ik ook weer in de polder voor de nieuwe kievitskuikens van vervolgnesten, maar na het ringen bezoek ik nog even de oeverzwaluwkast in de Koedoodseplas. Dat blijkt precies op tijd wat van de bijna twintig nesten staat meer dan de helft net op uitvliegen. Ik kan dus tientallen jongen ringen. Erg leuk om deze vogels zo in hun nestjes te zien en te volgen, iets waar je normaal gesproken bij oeverzwaluwen niks van meekrijgt. 





Jonge oeverzwaluwen en de oeverzwaluwkast