zaterdag 30 juli 2022

Draadfonteinkruid en zwartsprietdikkopjes

De afgelopen twee weken mocht ik voor een planteninventarisatie veel door het Voornes Duin lopen, een prachtig gebied! Bovendien leverde het ook veel leuke soorten op, waaronder ook een nieuwe groeiplaats voor draadfonteinkruid. Nog een nieuwe soort voor mij en bovendien een zeer zeldzame soort in de Hollandse kuststrook. Langs de Langeweg zag ik nog dat het laatste paartje kievit een kuiken succesvol groot heeft gebracht en een rondje door de Noordoostpolder tijdens een weekendje op Urk leverde o.a. nog nieuwe plantensoorten op (bosgerst en rond sterrenkroos). 

Kievitkuiken

Draadfonteinkruid


Voor vandaag stond er ten slotte nog het één en ander op het programma. Tussen 7 en 8 uur post ik nog een half uurtje langs de Waal, waar tot begin juli een paartje woudaapjes zijn gezien. Vanochtend zie ik helaas geen activiteit en aangezien al meerdere mensen vergeefs hebben gepost heeft het er alle schijn van dat het nest in de jongenfase is mislukt. Erg jammer, maar wel een succes dat voor het eerst sinds de jaren '50 sprake is van een broedgeval op IJsselmonde! 

Na het bezoek aan een nest van bruine kiekendieven (waar de jongen al uitgevlogen zijn) in de Rhoonse grienden voor kievitringen (helaas niet gevonden), liep ik vanmiddag nog even door het Waalbos. Deze week was daar de eerste zuidelijke heidelibel voor IJsselmonde gefotografeerd, maar die vind ik helaas niet in het uurtje dat ik er ben. Desalniettemin is het leuk met veel insecten. Vooral de relatief hoge aantallen zwartsprietdikkopjes vallen op. Ik zag er totaal een stuk of zes, waardoor deze soort toch nog in redelijke aantallen voor lijkt te komen op IJsselmonde. Ik had enige tijd de vrees dat ze net zo snel zouden verdwijnen als de argusvlinders, maar daar lijkt gelukkig (nog) geen sprake van, alhoewel de aantallen wel zijn afgenomen. 

Jonge bruine kiekendieven

Kleine roodoogjuffer

Zwartsprietdikkopje

Steenrode heidelibel

woensdag 20 juli 2022

Mooie planten en sprinkhaantje in de duinstreek!

Vandaag moet ik voor het werk in IJmuiden zijn, maar aangezien er niet veel hoeft te gebeuren heb ik aardig wat uurtjes over die ik eens in de duinstreek van Zuid en Noord-Holland kan doorbrengen. Daar staan nog enkele zeldzame plantensoorten die ik nog niet eerder zag, dus rond half negen fiets ik bij de Meijendelse slag een stukje de duinen in. Op één van de weinige groeiplaatsen van kuifhyacint in Zuid-Holland zijn de uitgebloeide planten snel gevonden. Mooi! Even later zie ik in Berkheide, in een schitterende duinvegetatie met onder andere duinaveruit, wondklaver en nachtsilene, bleek schildzaad en liggend bergvlas. Voor deze laatste soort is dit zelfs de enige groeiplaats in Nederland! 

Liggend bergvlas

Bleek schildzaad

In Noordwijk bezoek ik nog een groeiplaats van zacht loogkruid, waarna ik in de Noord-Hollandse duinen ter hoogte van Aerdenhout makkelijk witte engbloem en draadzwenkgras kan vinden. Stofzaad kan ik daar echter nog niet vinden helaas, voor deze parasitaire plant ben ik wellicht nog net te vroeg. 

Witte engbloem

Nadat we klaar zijn in IJmuiden loop ik nog bij het Vogelmeer rond. Een schitterende duinvallei met vele zeldzame soorten, waaronder enkele specialiteiten. De belangrijkste voor dit gebied is wel de honingorchis, een soort die alleen in dit deel van de Nederlandse kuststrook staat en op Schiermonnikoog. Het is maar een kleine orchidee die makkelijk opgaat in de vegetatie, dus je mist 'm snel. Verder staat hier tussen soorten als parnassia, armbloemige waterbies, geelhartje en platte bies ook nog vlozegge, een soort die ook nog steeds ontbrak op mijn lijst. Mooi! 

Vlozegge

Honingorchis

Uiteindelijk kan ik het ook niet laten bij het uitrijden van IJmuiden om nog even langs één van de twee plaatsen te rijden waar het locomotiefje zit. Een zeldzame sprinkhaan die verder ook alleen bij Zwolle voorkomt. Als de zon even doorkomt hoor ik direct diverse exemplaren, die zich na enige zoeken ook nog wel laten zien. Een mooie afsluiter! 

Locomotiefje

Vanavond kon ik met Laurens van der Wind en Rutger Plaisier ten slotte nog drie jonge kluten van kleurringen voorzien. Het zijn al mooie kuikens, dus hopelijk worden deze vliegvlug en kunnen we de komende tijd uitkijken naar de 18 gekleurringde kluten van dit seizoen. Ondanks dat alle legsels in de Crezéepolder zijn mislukt, lijkt het seizoen nog aardig afgelopen te zijn door de vervanglegsels op de Sophiapolder! 
Kluut

zaterdag 16 juli 2022

Veel jonge grutto's en grote familie bergeend

Afgelopen week was telwerk in de Alblasserwaard succesvol door de vondst van de eerste gedocumenteerde gouden sprinkhaan voor dat gebied. Op IJsselmonde zit al jaren een populatie van deze soort die toeneemt vanuit het zuiden, dus helemaal onverwachts was het zeker niet. Een soort waar waarschijnlijk nog wel veel overheen gekeken wordt en waarvan het me niet zou verbazen als die ene stuk algemener is dan we nu denken. Gisterenmiddag was ik nog even in de Crezéepolder, waar een flinke populatie gouden sprinkhanen zit. Die hoorde ik niet, maar een groep van ca. 90 grutto's waren erg vermakelijk. Tussen de 66 jonge vogels die ik kon controleren, las ik 3 geringde exemplaren af. Allemaal afkomstig uit Friesland. Mooi om te zien dat ze het tot nu toe overleefd hebben! 




(Geringde) grutto's

Naast de grutto's, waarvoor dit jaar de Crezéepolder erg aantrekkelijk is, liepen er ook nog ruim 300 kemphanen en kon ik als leuke steltloper alleen nog één bosruiter vinden. Verder vele tureluurs, wat oeverlopers, honderden kieviten en kokmeeuwen. Ook kon ik nog een Kroatische kokmeeuw aflezen, Y-S1115. In de nazomer zie ik relatief vaak kokmeeuwen die in Kroatië in de winter zijn geringd. Dit betreffen waarschijnlijk exemplaren die gewoon broeden in het Oostzee-gebied, in de nazomer naar Nederland trekken om te ruien en vervolgens richting het zuidoosten trekken om te overwinteren.

Kroatische kokmeeuw Y-S1115

Vanochtend struin ik weer eens sinds lange tijd over de Galgenplaat. Deze Ambachtse wildernis is nog steeds een plek waar relatief veel vogels broeden die schaars zijn in de omgeving: ijsvogel, havik, grauwe vliegenvanger en boomvalk zijn wel de belangrijkste. Van dit stel zie ik vanochtend alleen een paar keer ijsvogel en grauwe vliegenvanger vind ik helaas niet, wat overigens niet zeggen dat deze stiekeme soort dit jaar niet in het gebied zit. Cetti's zangers laten zich ook volop horen en opvallend is nog een verzwakte buizerd op het pad. 

Buizerd

Na dit bezoek ga ik ook weer eens met het pontje naar de Sophiapolder en loop het zuidelijke deel van het eiland rond. Ik hoop met name op leuke insecten, als gouden sprinkhaan of blauwe breedscheenjuffer, maar dat levert het bezoek helaas niet op. Sprinkhanen zitten er sowieso steeds minder, omdat de grasgroei op de dijken minimaal is. Vogels zitten er echter des temeer, en ook kluten zijn nog volop aanwezig. In het zuidelijke deel lopen ook de nodige vliegvlugge kuikens, waarvan ook enkele geringde die ik helaas niet af kan lezen. Mooi in ieder geval dat ze vliegvlug zijn geworden! In het noordelijke deel lopen bovendien nog ca. 10 kuikens die de komende week van een ringetje voorzien moeten worden. 
Juveniele kluten

Verder zitten er natuurlijk de gebruikelijke geelpoot- en pontische meeuwen, tientallen lepelaars, honderden kemphanen, twee zomertalingen, een groenpootruiter en honderden bergeenden. Een paartjes is opvallend, want die hebben 46 kuikens op sleeptouw genomen... Altijd leuk om zo'n crèche te zien. 

Bergeend met kuikens...

zaterdag 9 juli 2022

Meer van 't zelfde: kluten, kieviten én een merel!

De laatste twee weken was het vrij veel van hetzelfde. In de vrije tijd met name bezig met volgen van het broedsucces van kieviten, waarbij ik gelukkig ook nog de nodige kuikens kon ringen. Bovendien lukte het ook nog aardig om bij de jachthaven van Rhoon gekleurringde kieviten af te lezen. Helaas zag ik daar slechts één jong terug uit de Zegenpolder, maar kon ik ook nog drie adulten aflezen. Het broedsucces in Rhoon is dit jaar hoe dan ook dus laag, terwijl de kieviten het op het braakliggende terrein in Oud-Reijerwaard zeer succesvol doen. Tja... Gelukkig zullen de dertig paartjes daar de populatie op IJsselmonde zo nog aardig in stand houden.

GPO9


GPO9

Eén van de vele (bijna) vliegvlugge kieviten bij Oud-Reijerwaard

Een grote verrassing tijdens in de polders was op 1 juli een mannetje tapuit in de Zegenpolder. Dit betrof pas het eerste geval van een tapuit in juli op IJsselmonde, aangezien de najaarstrek pas in augustus weer op gang komt. De vogel had een verfomfaaide snavel, dus wellicht een mannetje dat wat aan het zwerven is en niet tot broeden komt. Ook vloog nog een wespendief over de Portlandpolder, die hard werd verjaagd door één van de laatste stelletjes kieviten met kuikens. 
Tapuit

De trek van steltlopers is echter al wel volop op gang gekomen. In de Zegenpolder kwam zo nog een bosruiter over, terwijl ik in de Crezéepolder nog een groepje van zeven exemplaren zag. Mooie beestjes! Ook liepen daar weer volop jonge grutto's, meer dan 100 exemplaren, maar helaas nog zonder geringde exemplaren. Overigens zijn de aantallen grutto's op de Sophiapolder deze nazomer een stuk lager, maar daar zag ik nog wel een bever de polder in zwemmen en stonden er nog gebruikelijke soorten als pontische meeuw en honderden kemphanen. 

Verder kon ik de huiszwaluwen in Ambacht weer tellen, waaruit bleek dat de populatie nog toch wel aan het afnemen is in vergelijking met voorgaande jaren. Jammer! In Amsterdam zag ik tijdens het werk nog een mooie kwak, terwijl ik elders in het land nog diverse nieuwe plantensoorten tegenkwam: zandstruisgras, bleekgele hennepnetel, straalscherm, zijdeplant en slanke ogentroost. Ook kon ik in Ambacht nog 12 huismussen van kleurringetjes voorzien! 

Slanke ogentroost

Een avondbezoek op de Sophiapolder op 7 juli met Leon Boon en Rutger Plaisier nog bijzonder succesvol en konden we totaal 11 jonge kluten van kleurringen voorzien. Ook een stormmeeuw werd nog geringd. Een mooie score! 

Aardig leeftijdsverschil tussen de klutenkuikens

s
Kluut WLBC

Ten slotte leverde een kort avondrondje door de Crezéepolder, over de Pruimendijk en door Sandelingen-Ambacht helaas geen jonge ransuilen op. Het blijkt een slecht jaar te zijn voor deze soort, met slechts een paartjes of zes met jongen. Erg leuk was wel een tweetal steenmarters die ik tegenkwam op de Nes en die zich op korte afstand leuk lieten bekijken. Een schitterende soort die de laatste jaren het hele eiland heeft gekoloniseerd. Dit was dan ook pas mijn tweede waarneming van deze soort na een ontmoeting eerder dit jaar in de Crezéepolder.

Grappig was uiteindelijk ook nog een jonge merel. Deze had zich verstopt in de bumper van een auto, waar de ouders 'm nog voerden. Een veilig plekje, maar wel hopen dat het jong niet opeens wegrijdt natuurlijk...


Voerend merelvrouwtje