maandag 30 december 2019

Leuke soorten 'rond' het werk!

Voor mijn werk bij Ecoresult B.V. moet ik nogal eens het land door met de auto voor natuuronderzoeken. Vandaag is dat ook weer het geval, maar aangezien ik vanochtend in Hoek van Holland moet werken, besluit ik daar via een omweggetje heen te rijden. Bij Brielle is gisteren namelijk een grote trap ontdekt. Een prachtige, grote vogel, waarvan in de buurt populaties zijn in Oost-Duitsland en Engeland. Beide populaties rusten echter op uitgezette vogels, wat nog steeds volop wordt gedaan. De exemplaren die in een broedmachine worden uitgebroed zijn natuurlijk niet helemaal wild te noemen. Dit is één van die exemplaren, wat is gebleken aan de hand van zijn ring en zender. Desalniettemin natuurlijk wel een prachtige soort en toch leuk om zo'n beest een keer in Nederland te zien.

Dat laatste lukt vanochtend goed, want bij aankomst is het beest gelijk in beeld, al foeragerend op een grasperceel. Met het opkomende zonnetje erop laat hij zich leuk bekijken. Wat een bakbeest! Een mooie afsluiter van dit jaar en deze kan er nog wel bij in deze decembermaand...
Grote trap
Vanmiddag moest ik vervolgens nog in Babberich zijn, vlak tegen de Duitse grens. Nadat het onderzoek is afgerond rijd ik een stuk binnendoor naar huis, aangezien bij Duiven al enige tijd een ruigpootbuizerd rondhangt. Als ik in de buurt van de locatie kom snap ik wel waarom: de graslanden zien helemaal geel van de muizenvraat. Roofvogels trekt dat onmiddellijk aan, getuigen de vele buizerds en torenvalken. Fantastisch!
Kale, gele graslandendoor de muizen
Niet veel later zie ik ook de ruigpootbuizerd op de bekende plek. Wat een prachtige vogel! Hij laat zich op relatief korte afstand veelal zittend op paaltjes fraai bekijken, maar grijpt in de korte tijd dat ik er ben ook twee keer een muis. Daarbij eet hij ze niet eens helemaal op, zodat een zwarte kraai ook nog een graantje kan meepikken van deze gedekte tafel.

Ruigpootbuizerd
Na genoten te hebben van deze, toch wel, relatieve zeldzaamheid, keer ik weer terug richting het westen. Het was toch al wel enige tijd geleden dat ik een 'ruigpoot' had gezien, zo dacht ik. Na dat even gecheckt te hebben klopte dat inderdaad. M'n vorige ruigpootbuizerd was nota bene alweer bijna vijf jaar geleden. Erg leuk dus om er zo weer eentje te kunnen zien. Niet gek dat werken...
Ruigpootbuizerd

dinsdag 24 december 2019

Het duurde even, maar dan - kleine regenwulp!

Gisteren zag ik rond 17u een heuse kleine regenwulp in het Noord-Hollandse Schagen was ontdekt. Een nieuwe soort voor Nederland en ook nog maar de 9de voor in Europa. Een echt heel goede soort dus! Vandaag moest ik officieel werken, maar aangezien de soort de hele tijd op een paar percelen had rondgelopen, moest dat vandaag wel goed komen. Met Arne van Wingerden, René Los en Arjan Molenaar rijd ik om 7u richting het noorden. Gelukkig is het rustig op de weg, dus rond kwart voor 9 zijn we op de locatie. Op dat moment is de vogel nog niet gezien en we sluiten dan ook aan bij de vele wachtende vogelaars. Rond 9u komt er echter via de app-groep door dat de vogel vliegend is gezien aan de andere kant van de groep. Over het perceel vlogen regelmatig forse groepen en kennelijk vloog ook de kleine regenwulp daar kort tussen. Een enkeling heeft 'm maar gezien, maar iedereen gaat zich wel wat verspreiden.

Wij rijden ook iets richting het oosten, maar door de regenval valt het checken van controlerende groepen wulpen niet echt mee. Het gaat gewoon beroerd. Na een tijdje houden we het toch voor gezien op de oude plek, overal staan ten slotte mensen te posten. We besluiten richting het zuidoosten te gaan vogelen en kammen zo een flink gedeelte weilanden uit. Het aantal wulpen blijkt echter op de meeste plekken tegen te vallen, maar hier en daar lopen wel grote aantallen. We komen zo ook nog een houtsnip en een mooie groep patrijzen tegen, niet gek!
Patrijzen
Tijdens het zoeken komt door dat op de oude plek geen kleine regenwulp, maar een kleine trap is ontdekt. Een stuk minder zeldzame soort, maar toch wel leuk om even te gaan kijken. Hij laat zich eerst slecht zien, maar doordat een boer het perceel in loopt vliegt hij op. Een prachtige soort om te zien vliegen met de opvallend witte vleugels! Aan de andere kant van de weilanden zien we 'm even later kort en goed op korte afstand, maar als snel vliegt hij weer terug naar z'n eerste ruige veldje. Tijd voor ons om ook weer verder te gaan.

Het zoeken zijn we van lieverlee wel aardig beu en we besluiten het eigenlijk maar op een wachten te gaan gooien. De meeste wulpen in de omgeving hebben we ten slotte al gecheckt, maar om nu al richting huis te gaan is ook weer zo wat. Dat blijkt gelukkig een goede keuze, want rond 15u wordt de vogel gemeld! Het is op een paar kilometer van de oude plek, maar wel een locatie waar we vandaag al hebben lopen zoeken. Uiteindelijk bleken vele auto's hier al langs te zijn gereden, je kijkt er vermoedelijk toch makkelijk overheen...
Omgeving Schagen
Eenmaal op locatie is de vogel weer gevlogen. Na een tiental minuten wordt hij echter een paar kilometer verderop gevonden. Chaos alom om met z'n allen, lopend of met de auto, op de volgende plek te geraken. Met de auto zijn we daar gelukkig aardig vlot en zodoende kunnen we de soort even prachtig op relatief korte afstand bekijken. Super, wat een soort!
Drukte alom...
Mogelijk door de drukte vliegt hij op om een stuk verder in het grasland weer te landen. Opvallend in de vlucht is zijn donkere uiterlijk. Op grotere afstand is hij nu aan het foerageren, waarbij nog meer opvalt hoe veel kleiner hij is dan de wulpen. Uiteindelijk vliegt hij als een raket richting het oosten en voor ons uit beeld. Tijd dus om weer huiswaarts te keren. Het duurde even, maar uiteindelijk heb je dan toch wat...
Kleine regenwulp (licht bolletje iets rechts van het paaltje)...

zaterdag 21 december 2019

Een week met sneeuwgors, een sprinkhaan en vangsten

De laatste tijd heb ik in wat vrije uurtjes nog wat gevogeld en vogels geringd. Afgelopen week had ik op zaterdag geen tijd om te vogelen, maar toen een sneeuwgors bij de Rhoonse grienden werd gemeld kon ik die toch niet laten schieten. Naast de parkeerplaats liep deze tamme zeldzaamheid op IJsselmonde. Eerder had ik al een exemplaar over de Crezéepolder, maar die hoorden we alleen in het veld. Dit exemplaar dat op een enkele meter afstand druk aan het foerageren was, was dus zeker wat aantrekkelijker om te zien. Een leuk beestje!

Sneeuwgors
Afgelopen maand moest ik een telling uitvoeren op de Zandmotor, bij Ter Heijde, waar een drieteenmeeuw nog een leuke soort was. Ook vlogen nog de nodige roodkeelduikers langs, zwommen enkele toppers rond en vloog nog een paarse strandloper richting zuid. Leuk werk!
Drieteenmeeuw
's Avonds deed ik weer een poging in de Zegenpolder om een houtsnip te vangen, maar deze keer was het succes wat minder. Ik kwam nog wel een stuk of vijf beesten tegen, maar ze waren me net wat te slim af. Nog blijven oefenen... Een meerkoet was dan weer wel eenvoudig uit de sloot te vissen...
Meerkoet
Woensdagavond lukte het weer om een waterpieper te ringen langs de Devel, en tevens vloog nog een spreeuw de netten in. In de rietkragen slapen deze winter honderden spreeuwen, maar gelukkig zijn (nog) niet hele groepen de netten in gevlogen. In zo'n geval zou de vangactie flink uit de hand lopen, maar ook de waterpiepers lijken de rondvliegende spreeuwen niet echt te waarderen. Dat ene beest was, zoals wel vaker met spreeuwen, een flinke schreeuwlelijk.
Waterpieper
Spreeuw
Gisterenavond kwam ik nog langs Amersfoort, waar afgelopen winter een nieuwe sprinkhaan voor Nederland werd ontdekt: de schildboomsprinkhaan. Een soort die met name goed te horen is met een batdetector en pas actief is vanaf oktober tot december. Het geluk daarbij is, is dat struiksprinkhanen, waar het geluid enigszins op lijkt, nu niet meer actief zijn. Ondanks dat dit jaar nog geen waarnemingen zijn gedaan, besluit ik toch maar een uurtje door het Park Randenbroek te dwalen. De omstandigheden zijn op zich goed, met nog zo'n 9 graden.

Het duurt even, maar dan hoor ik toch opeens een exemplaar roepen. Het beste hoor ik 'm eigenlijk met het blote oor, iets wat me met struiksprinkhanen niet lukt... Het beest is echter toch alweer snel stil, helaas, en ik krijg 'm dus ook niet te zien. Wie weet lukt het nog 's om de soort wel te zien, maar deze nieuwe sprinkhaan staat wel weer op de lijst.

Vanochtend maak ik ten slotte nog een rondje voor kokmeeuwen in Zwijndrecht en Ambacht. Dat levert uiteindelijk nog acht aflezingen op van kokmeeuwen uit Litouwen (3), Duitsland (1), Polen (2) en Zweden (2). Alle bekende exemplaren, maar het blijft leuk om ze weer te zien terug keren op de vaste plekken. Eén van de Litouwers heb ik echter alweer 3,5 jaar niet gezien, extra leuk dus!
Litouwse kokmeeuw W-ESF1

maandag 9 december 2019

Succesvol houtsnippen vangen

Vanavond doe ik weer een poging in de Zegenpolder om houtsnippen te vangen. Met een felle zaklamp en een schepnet worden op diverse plaatsen in Europa houtsnippen gevangen, maar mij wilde het nog niet echt lukken. De techniek vraagt nu eenmaal wat oefening denk ik, maar vanavond lukt het dan eindelijk.

In de polder kom ik zeker 12 houtsnippen, kramsvogels, watersnippen, veldleeuweriken en nog een bokje tegen. Die laatste lukt dan weer niet om te vangen, maar het lukt me wel om twee houtsnippen te slim af te zijn. Erg leuk dat het succes heeft en wat een gave beesten zo in de hand! Het lijkt toch ook een soort te zijn die profiteert van diverse natuurmaatregelen in de polder, wat de vangsten weer extra waardevol maakt.

Housnippen

zaterdag 7 december 2019

Sinterklaas Big Day 2019: 97 soorten!

Zogenaamde Big days zijn dagen waarop teams tegen elkaar strijden om zoveel mogelijk soorten op één dag te zien. Een gezellige manier op met elkaar te vogelen en wellicht zeldzame soorten te ontdekken. Meestal worden die gehouden in mei, wanneer de kans op veel en zeldzame soorten groot is. Op IJsselmonde vinden we het echter zo leuk, dat sinds 2017 ook een Winter Big Day wordt gehouden, of beter, een Sinterklaas Big Day. Vandaag is het zover en zullen drie teams een poging doen om zoveel mogelijk soorten tussen de Nieuwe Maas, Oude Maas en Noord te zien. Laurens van der Wind en ik zijn één van de teams, en om 04:00 stappen we in de auto. Het voordeel van de winter is dat er niet zoveel 's nachts 'hoeft', dus de wekker kan wat later dan 00:00...

De eerste belangrijke soorten zijn de uilen, zodat we gelijk richting de Waalweg gaan. Het weer is gelukkig goed en ook de rest van de dag hebben ze droog weer opgegeven. Dit in tegenstelling tot gisteren en de komende dagen, met veel wind en regen. Dat scheelt al een jas! Onderweg is een BLAUWE REIGER (1) de eerste soort van de dag. Voordat we op de Waalweg zijn, zie ik al een RANSUIL (2) langs de Langeweg. Eenmaal op de beste plek voor deze soort op IJsselmonde ziet Laurens 'm ook en kunnen we de soort echt schrijven. Altijd fijn! Hier zien we verder ook nog enkele KRAKEENDEN (3) foerageren. Via de Zuidpolder, waar we nog een ransuil tegenkomen, rijden we richting de Carnisse grienden in de hoop op bosuil. Die roept helaas niet, maar we horen hier wel GRAUWE GANZEN (4). In de Portlandpolder komen we vervolgens de eerste KUIFEENDEN (5) tegen, waarna we bij de golfbaan nog ZWARTE KRAAI (6), MEERKOET (7) en KIEVIT (8) kunnen bijschrijven. Ook hier laat de bosuil het afweten. KERKUIL (9) blijkt even later gelukkig makkelijk, waarna we de golfbaan weer opgaan voor bosuil. Een ZANGLIJSTER (10) vliegt over en een bunzing loopt in de kant van het fietspad. Een leuke soort die je eigenlijk alleen 's nachts maar tegenkomt! Uiteindelijk begint gelukkig een vrouwtje BOSUIL (11) te roepen, zodat we richting de Zegenpolder gaan. Een rondje door de polder levert drie gehoopte HOUTSNIPPEN (12) op, maar we zien of horen ook VELDLEEUWERIKEN (13), KRAMSVOGELS (14), WATERSNIPPEN (15), WILDE EEND (16), WINTERTALING (17) en GROTE CANADESE GANS (18). De houtsnippen zij het leukst, waarvan één exemplaar zich mooi laat bekijken!
Houtsnip in de zaklamp
Aangezien we nog tijd hebben rijden we nog richting Heijplaat om daar wellicht alvast een roek te horen. Dat lukt niet tussen de honderden KAUWEN (19), maar je weet 't niet. Om 6:15 horen we ook de eerste ROODBORST (20) en even later ook een MEREL (21). In Rotterdam geeft de ooievaar niet thuis op de paal, waarna we langs de Devel nog een WATERRAL (22) kunnen bijschrijven. Langzaam wordt het licht, zodat we op de fiets stappen richting de Crezéepolder. Enkele KOLGANZEN (23) hebben geslapen en zitten te roepen, waarna de ene soort zich na de andere opvolgt. FUUT (24), WATERHOEN (25), RIETGORS (26), SMIENT (27), KOKMEEUW (28), CETTI'S ZANGER (29), BAARDMAN (30), BERGEEND (31), ZILVERMEEUW (32), GROTE MANTELMEEUW (33), STORMMEEUW (34), KEMPHAAN (35) en AALSCHOLVER (36). Fijn is een GEELPOOTMEEUW (37) die vooraan in een groepje meeuwen komt staan. Na 8:15 stromen wat slaapplaatsen leeg en komen SPREEUWEN (38), WATERPIEPERS (39) en een GROTE ZILVERREIGER (40) over. Als nog een HOUTDUIF (41), wat BRANDGANZEN (42) en PIMPELMEES (43) zijn bijgeschreven is het tijd om verder te gaan. Een SPERWER (44) komt laag over de rivier aan, wat de enige van de dag blijkt te zijn...
Geelpootmeeuw
Op de brug rust nog een SLECHTVALK (45) en erg leuk is de overwinterende OEVERLOPER (46) die we aan de buitenkant van de dijk treffen. Achteraf blijken we de enige groep met deze soort. In de polder jaagt verder nog een TORENVALK (47) en BUIZERD (48), waarna we onze route vervolgen. In wat bosjes onderweg naar de Sophiapolder komen we KOOLMEES (49), STAARTMEES (50), TJIFTJAF (51), EKSTER (52), KNOBBELZWAAN (53) en GAAI (54) tegen, en staan alweer veel algemene soorten op de lijst. Op de Sophiapolder staat het water echter vanwege de wind en regen van de afgelopen dagen hoog, waardoor geen slik droog ligt. Ondanks dat schrijven we PIJLSTAART (55) en SCHOLEKSTER (56) bij en zien we tevens nog WINTERKONING (57), HOLENDUIF (58), GROENLING (59), KNEU (60), VINK (61), HEGGENMUS (62) en VUURGOUDHAAN (63). Altijd prettig wanneer soorten als vuurgoudhaan en tjiftjaf al vast binnen zijn, aangezien dat in de loop van de dag het controleren van mezengroepjes scheelt.

Nu we de belangrijkste soorten van de polders hebben, gaan we binnendoor richting de Oude Maas. In de bebouwde kom staan TURKSE TORTEL (64) en HUISMUS (65) snel op de lijst, maar ook GOUDHAAN (66) en GROTE GELE KWIKSTAART (67) laten niet lang op zich wachten. In het Develpark doen we nog een poging voor appelvinken, maar dat mag helaas niet baten. Wel schrijven we hier nog KOPERWIEK (68), GROTE BONTE SPECHT (69) en BOOMKRUIPER (70) bij. 70 soorten om 10:00 is toch geen slechte prestatie denken we, maar de meeste makkelijke soorten zijn dan nu ook wel binnen. We gaan maar gewoon door en hopen op nog wat verrassingen, daar zullen we het toch wel van moeten gaan hebben...

Nabij de Veerplaat zien we onze eerste GROENE SPECHT (71) en in de bosjes horen we al snel een MATKOP (72). We doen nog een poging voor een kleine bonte specht, maar die wil niet in het recreatiedeel. Als we met die fiets verder richting het westen gaan, stoppen we even aangezien het haviknest zichtbaar blijkt door de kale bomen. Plotseling begint dan opeens een KLEINE BONTE SPECHT (73) te roepen, die zich prachtig laat bekijken aan de rand van de grienden. Een schitterende waarneming van de leukste soort van de dag! En lekker onverwacht!
Kleine bonte specht
Naast vele roepende waterrallen en wat cetti's zangers komt gelukkig ook nog een HAVIK (74) voorbij gevlogen. Brilduikers kunnen we helaas niet vinden en ook blijkt de grote zaagbek op het Waaltje even later afwezig. Wel zien we daar nog DODAARS (75). In het Waalbos kunnen we makkelijk nog SLOBEEND (76), TAFELEEND (77), GRASPIEPER (78), WITGAT (79) en gelukkig ook drie BOKJES (80) bijschrijven. Langs de Waal horen we nog een IJSVOGEL (81) waarna we in Ambacht de ZWARTKOPMEEUW (82) vrijwel gelijk op de bekende plek zien.
Bokje
Zwartkopmeeuw
We stappen nu ook weer in de auto om wat verder gelegen soorten op te zoeken en wat missers nog (snel) goed te kunnen maken. Op de Gaatkensplas is een BRILDUIKER (83) makkelijk en ook zien we hier eindelijk PUTTERS (84). In de polders lopen nog de bekende WULPEN (85), een tweetal OOIEVAARS (86) en zijn KEPEN (87), WITTE KWIKSTAARTEN (88) en RINGMUSSEN (89) makkelijk gevonden. We doen nog pogingen om grote lijster of zwarte mees te vinden (je moet wat), maar dat lukt niet. Richting de havens dus maar voor een poging voor zwarte roodstaart, wat helaas kostbare, verspeelde tijd blijkt te zijn. Onderweg zien we nog wel ROEK (90).  In Bos Valckesteijn doen we een poging op bekende overwinteringsplaatsen van goudvink en appelvink, waarbij de eerste soort niet lukt. APPELVINKEN (91) blijken gelukkig op de bekende locatie aanwezig, ondanks dat deze winter nog geen waarnemingen waren gedaan. We zien zeker negen exemplaren, fraai!

De soort waar het meest mee in de maag zitten is sijs, dus daarvoor moeten we die maar op de beste plek (Wevershoek) doen. Voordat we daar zijn tikken we eerste nog de GROTE ZAAGBEK (92) op de Waal binnen, waarna niet veel later ook een SIJS (93) op de bedachte locatie overkomt. Nu moeten we richting de andere kant van Ridderkerk, waar we in het Donckse Bos na even zoeken twee BOOMKLEVERS (94) vinden. Altijd een lastige soort! Ondertussen is het bijna half vier, wat betekent dat we nog net een uurtje daglicht hebben. We kunnen echter niet zoveel meer doen, omdat bijna alles wat we nog moeten écht kansloos is, zoals zwarte roodstaart. Het enige wat we nog kunnen bedenken is roodborsttapuit, waarvan enkele weken geleden een waarneming in de Crezéepolder was. Tegen verwachting in vinden we inderdaad een ROODBORSTTAPUIT (95) op het veld, waarvan later blijkt dat dat helemaal niet de locatie van de eerdere waarneming was... Soms moet je wat geluk hebben. Op de Sophiapolder blijken even later zoals verwacht KLEINE MANTELMEEUW (96) en PONTISCHE MEEUW (97) heel eenvoudig tussen de honderden meeuwen.
Bewijsplaatje roodborsttapuit
Zo eindigt de dag met 97 soorten en was de 100 soorten voor ons (net) niet in beeld. We eindigen daarmee op het oude record uit 2017, toen we met dichte mist ook 97 soorten haalden.. Nu waren er echter gewoon te weinig soorten. Ook de andere teams hebben de 100 niet gehaald en zijn met 95 en 91 soorten nog onder ons gebleven. Onze grootste misser bleek wel toendrarietgans, waar we net pech hebben gehad met overvliegende groepen. Verder bleken we nog grote lijster (wel de bekende plek), zwarte roodstaart en zwartkop (gewoon niet geprobeerd) gemist te hebben. Al met al toch een erg vermakelijke dag met zeker geen slechte score zo in de winter!

maandag 2 december 2019

Nachtvogelen is niet saai

's Winters zijn de dagen kort en zeker met werkdagen is dan weinig tijd meer over om nog wat vogels te kijken. Gelukkig is ook 's winters in de nacht nog genoeg te beleven. Ik vertrek dus wat eerder van kantoor om langs de Devel weer wat netjes op te zetten om waterpiepers te vangen. Het gaat dit najaar gelukkig niet slecht met het vangen, dus ik hoop toch wel tientallen exemplaren te kunnen gaan ringen. Het voordeel is dat het maar relatief korte acties zijn, zodat het aardig over de winter uit te smeren is.

Om op tijd op de slaapplaats te zijn is altijd toch een kunst. Het liefst moeten de netten staan voor de eerste piepers arriveren. Als eenmaal de netten staan is het wachten op wat komen gaat. Vandaag blijken dat toch weer zo'n 100 piepers te zijn, waarvan zeker de helft toch wel graspiepers lijken te zijn. Naast de invallende piepers is er altijd genoeg te zien rond de Devel, zeker zo rond zonsondergang. In het riet is dit jaar ook een slaapplaats van vanavond zo'n 1000 spreeuwen. Gelukkig gaan ze niet echt rondom de netten zitten... Verder trekken altijd wat groepjes groenlingen, kramsvogels en halsbandparkieten over om hun slaapplaatsen te bezetten. Grote zilverreigers die rondstappen vertrekken ook voor het duister invalt naar hun goed heenkomen.

Uiteindelijk vliegen vanavond ook weer twee waterpiepers het net in, zodat het aantal geringde exemplaren toch weer wat omhoog gaat. De hoge(re) aantallen van het begin van de winter lijken echter toch niet meer haalbaar, dat is jammer. Maar elke pieper is er weer één!
Waterpiepers
Na het eten ga ik richting de Zegenpolder om een poging te doen om houtsnippen te vangen. Dat vereist nogal wat oefening en ook vanavond lukt het me helaas niet. Vroeg of laat moet het echter toch te doen zijn... Saai is het overigens zeker niet, want ik kom maar liefst 8 houtsnippen tegen en ook een kerkuil laat zich nog zien. De terugweg rijd ik lekker binnendoor, wat in de polders nog een fraaie kerkuil oplevert en in het Waalbos nog twee ransuilen. Eén daarvan laat zich prachtig bekijken in een boom. Het blijft leuk, dat nachtvogelen!
Ransuil